Spooropbouw: Het spoor wordt gelegd door een ‘spoorlegger’ en bestaat uit rechte stukken, hoeken en voorwerpen. De lengte van het spoor en het aantal hoeken en voorwerpen variëren afhankelijk van het niveau van het examen.
Spooruitwerking: De hond moet het spoor stap voor stap volgen met zijn neus op de grond, zonder afgeleid te worden. Het tempo moet gelijkmatig en geconcentreerd zijn.
Hoeken: Bij hoeken moet de hond overtuigend aangeven dat hij het spoor volg.
Voorwerpen: De hond moet de voorwerpen vinden en aanwijzen al liggend met het voorwerp tussen zijn poten. De voorwerpen moeten uit stof , leder of hout bestaan en ongeveer 10cm op 2 cm zijn.
Begeleiding: De geleider volgt de hond op een afstand van minimaal 5 of 10 meter ( afhankelijk van niveau) en mag de hond niet beïnvloeden tijdens het speuren.
Wedstrijden en examens:voor meer info kan je terecht op de website van kkush